26.04.2019
Filmmagie
Bjorn Gabriels
Mitten

Documentaire en dans stappen geregeld in een pas de deux. Altijd is er een spanningsveld tussen beide expressievormen. Zeldzaam is echter de symbiose waarin filmmakers begrip over dans koppelen aan een eigen vormtaal die werkelijk verrijkend werkt.

In de openingsbeelden van Mitten zie je door een groot venster in de repetitieruimte van dansgezelschap Rosas een storm waaien door de bomen. Binnen tekent zich op de vloer een patroon af in een veelkleurig lijnenspel. De buitenwereld is weggesneden uit Mitten, maar kan niet anders dan binnensluipen: als achtergrond in het eerste shot, verderop terwijl de avond valt of bewust buiten beeld gelaten. De films van Gerard-Jan Claes en Olivia Rochette worden immers evenveel getekend door wat ze wel doen als door wat ze niet doen. Elk beeld is een uitsnede uit de werkelijkheid. In Mitten houdt hun camera een geconcentreerde afstand aan, breekt bijna nooit binnen in de bewegingen die zich ervoor ontvouwen. Toch zijn die bewegingen meeslepend: dansers, onder wie choreograaf Anne Teresa De Keersmaeker, cirkelen rond cellist Jean-Guihen Queyras terwijl hij de zes cellosuites van Bach speelt. Ze rennen op hem af, schieten rakelings langs hem heen en nemen weer afstand. Voor Rain (2012) filmden Claes en Rochette de repetities voor een Rosasvoorstelling in het Ballet de l’Opéra national in Parijs, met het soms schurende samengaan van hedendaagse choreografie en klassiek ballet. Mitten legt zich toe op de Bachinterpretatie van Queyras en het ontleden van die muzikale compositie, wat na een veeleisend proces leidt tot de creatie van de choreografie Mitten wir im Leben sind. Cellist, choreografen en dansers dringen door tot de kleinste bouwstenen van Bach én van dans. Fascinerend om te volgen, maar ook zo goed als ongrijpbaar voor de leek. Maar daar doet de documentaire zijn werk: Mitten gaat niet louter over de overdracht van informatie, maar toont vooral de opperste concentratie van alle medewerkers, het aftasten van elkaars expertisegebied bij cellist en choreograaf, en de begeesterende bewegingen in een afgebakend speelterrein. Die ongemeen boeiende binnenruimte is er niet zonder de buitenruimte, zonder film als kijkkader.